22 november 2016

Reisverslag Borneo 2016: op zoek naar de Bornean clouded leopard

“Tonight hardcore!” Met deze legendarische woorden van onze lokale gids trokken we het regenwoud van Borneo in. Onze missie: op zoek naar de Borneose nevelpanter (Bornean clouded leopard). Een gedurfde tocht die nog geen enkele groepsreis ter wereld met succes kon afronden. Spek naar de bek van STARLING, dus. We gingen die uitdaging dan ook met volle goesting aan. Lees hier het reisverslag.

 

Deze bossen produceren hun regen eigenlijk zelf, zoals te zien is op dit ochtendbeeld boven de jungle. © Billy Herman
Alle beelden op onze website zijn eigen werk en gemaakt door onze deelnemers en gidsen. Wat je ziet geeft dus een realistisch beeld van wat jij zelf kan zien, beleven en fotograferen op onze reizen.

In het najaar van 2015 kregen we van STARLING-deelnemers de vraag om een expeditie te organiseren naar de Borneose nevelpanter. We zetten onze lokale contacten in Zuidoost-Azië aan het werk en na grondig zoekwerk gaven ze ons de sleutel tot succes in handen. In een afgelegen gebied van hoogkwalitatief regenwoud in het hart van Borneo werd deze schitterende kat al enkele keren waargenomen. De tijd was rijp om een expeditie in te plannen. In een mum van tijd meldden zich zeven deelnemers aan om deze unieke zoektocht vanop de eerste rij mee te maken. Reisgids van dienst was David ‘Billy’ Herman.

Crimson sunbird, zoals de naam aangeeft een prachtig rood vogeltje. © Billy Herman

Aangename kennismaking

Eind augustus, ‘droogseizoen’ in Borneo. Na een vlotte verbinding landden we in Sandakan en maakten vervolgens een korte transfer naar Sepilok, een gekende stek bij natuurliefhebbers en een aangename plaats om onze trip te starten. Een mooie canopywalk (een wandelbrug door de kruin van het regenwoud) en een wandeling op de trails (smalle wandelpaadjes in het woud) ’s ochtends en ‘s avonds leverden alvast de eerste leuke waarnemingen op: de wallace’s hawk-eagle op nest, de prevost’s- en giant squirrel en een van kortbij overvliegende red giant flying-squirrel. De eerste Philippine slow loris samen met de rufous-collared kingfisher, long-tailed parakeets, cinnamon-headed green-pigeon, bushy-crested- en black hornbills, paradise tree-snake, gray-tailed racer (slang) en black-crowned pitta. Ook zagen we hier onze eerste orang-oetangs. De orang-oetangs in dit gebied zijn wellicht dieren die afkomstig zijn van een opvangproject ten gevolge van houtkap in de regio. Het was dus nog even wachten op onze eerste 100% wilde exemplaren.

Na een geslaagde avond en ochtend in Sepilok trokken we naar de plek waar het moest gebeuren. Een goed onderhouden nederzetting van parkwachters in the middle of nowhere, met basic tot standaard, maar heel verzorgde accommodatie zou de komende vijf nachten onze uitvalsbasis worden. We werden uitstekend ontvangen door onze no-nonsense teamleader en zijn schare enthousiaste drivers en spotters. Na onze check-in en eerste verrukkelijke oosterse maaltijd, werden we gebrieft over het plan voor de volgende dagen en nachten. Onze dagen werden divers ingedeeld met een grote flexibiliteit en een mooi aanbod aan parallelle activiteiten. Zo kon elke deelnemer voor zichzelf uitmaken of de focus alleen op zoogdieren moest liggen, of liever op een mix van vogels en zoogdieren, of meer op algemene natuurbeleving. Heel fijn dat al die individuele voorkeuren mogelijk waren.

Oriental dwarf kingfisher, een pareltje. © Billy Herman

Dieren in de spotlights, letterlijk!

’s Ochtends kon je kiezen voor een rondrit met grote zoogdieren als doel. Zo werden verschillende families Bornean pygmy elephants, red langurs en yellow-throated marten waargenomen naast een reeks van kleinere zoogdieren en opvallende grote vogelsoorten. Daarnaast werden ’s morgens ook wandelexcursies georganiseerd gericht op vogels. Een mooie verzameling pitta’s liet zich uitmuntend bekijken met de blue-banded pitta, de blue-headed pitta, de Bornean banded pitta, de hooded pitta en de black-crowned pitta. Andere leuke waarnemingen waren de endemische storm’s stork en een koppeltje white-fronted falconet in de omgeving van onze accommodatie, alle mogelijke hornbills inclusief de zeldzame white-crowned hornbill en spectaculaire helmeted hornbills, red-bearded bee-eaters, great slaty woodpecker, veel broadbills met onder anderede dusky- en green broadbill,  de banded- en rufous-collared kingfisher, talrijke babblers met de zeldzame abbot’s babbler, etc.

Extra zoogdieren tijdens de dagtochten waren bearded pigs, de North Bornean gibbon en de Bornean pygmy squirrel. Tijdens het heetste moment van de dag werd een algemene siësta gehouden om er in de late namiddag opnieuw tegenaan te gaan. Ook hier konden deelnemers kiezen tussen een wandeling of een rondrit. Beide middagopties werden telkens afgesloten met een spontane korte spottocht. Dit is een excursie met behulp van sterke lampen om het anders verborgen nachtleven, kort in de schijnwerpers te zetten. Op deze manier werden onze kansen voor ons hoofddoel, de Borneose nevelpanter, geoptimaliseerd en maximaal benut.

Na de avondmaaltijden stond een nachtprogramma ingepland. De basis spottochten duurden ongeveer drie uren, tot iets voor middernacht. Wie wenste, kon nog enkele uren doorgaan met spotten. Deze nachtelijke spottochten leverden telkens een schat aan waarnemingen op. En dat is helemaal de verdienste van het lokale team. Zonder enige twijfel vormen zij een onmisbare factor in dit immense en uitgestrekte gebied. Door de aangepaste rijstijl, safari jeeps en spotters die alles nauwlettend in de schijnwerper zetten, krijgen onze deelnemers optimaal de kans om alles zo mooi en zo lang mogelijk waar te nemen en eventueel te fotograferen, zonder met andere zaken bezig te moeten zijn. Verder speelt de ervaring van de spotters een belangrijke rol in de strategie van de waarnemingen en het gedrag van de dieren, die telkens opnieuw verschillend is. De groep van zeven deelnemers en gids werden opgedeeld in twee safari jeeps. De kansen op een waarneming van een nevelpanter werden hierdoor vergroot maar ook het risico dat een van de twee groepen met lege handen naar huis ging werd groter.

Voor het comfort en gemak van de meeste waarnemingen bleek de opsplitsing in twee kleinere groepen toch de beste keuze. In totaal werden door de twee jeeps samen zo’n acht noemenswaardige spottochten georganiseerd. Tijdens deze nachtelijke tochten konden we genieten van tal van prachtige waarnemingen van enkele tientallen zoogdierensoorten. Vaste waarden op de spottochten waren de Bornean striped palm civet, Malayan civet, binturong, leopard cat (15+), greater mouse-deer, red giant flying squirrel en thomas’s flying squirrel. Geregeld kregen we de bijzondere Bornean colugo, Bornean pygmy elephant, Philippine slow loris, sambar deer en island palm civet in beeld. Extra leuke zoogdierensoorten tijdens ons verblijf waren de moonrat, long-tailed porcupine, western tarsier, large flying fox, Bornean yellow muntjac, diadem roundleaf bat en waarschijnlijke de small-clawed otter.

Malayan civet tijdens het schijnen. © Billy Herman

Voor altijd op het netvlies gebrand

De hoogtepunten tijdens dit deel van de trip waren erg uiteenlopend. Een reticulated python van enkele meters op de weg en een koppel Bornean ground-cuckoos in het moeras zullen ons ongetwijfeld voor altijd bijblijven. Net zoals onze eerste wilde orang-oetangs. Een moeder met jong vlak boven de weg en wat later het dominante mannetje dat voor ons speciaal een showtje opvoerde. Bij de zoogdieren was dé grote verrassing van de reis echter een fenomenale Bornean sun bear die door iedereen minuten lang prachtig kon worden waargenomen van extreem korte afstand. Sterker zelfs. In totaal maakten we tijdens ons zesdaagse verblijf vier waarnemingen van twee verschillende beren. Ongeziene topkwaliteit. Maar hoe is het uiteindelijk afgelopen met het hoofddoel van deze unieke groepsreis?

De derde nacht van onze expeditie besloot groep één zuidwaarts te rijden. Een gezellige sfeer in de jeep. We geloofden er in. Maar het was die avond rustig, héél rustig. Bocht na bocht kamden we met onze spotlampen de baan af, zonder resultaat. Tot op de terugtocht onverwacht twee frontaal geplaatste ogen oplichtten in de wegberm. Ze verdwenen onmiddellijk in de vegetatie, gevolgd door een lange kattenstaart. Clouded leopard (nevelpanter). Get out of the car now and get your camera,” sprak onze lokale spotter ijzig kalm. We sprongen uit de auto, hoewel nog niet iedereen van de groep het dier had gezien of zelfs goed begreep wat er gebeurde. Nergens ogen die verschenen, nergens geritsel. De kat was niet meer te bespeuren. “This must be the worst observation of clouded leopard ever …” mompelde de gids nog.

Nerveus stelden we ons strategisch op langs de weg waar we diep in het bos konden kijken. Zou de kat zich nog laten zien? Minuten leken wel uren. En plots, na tien minuten geduld: BINGO. De nevelpanter kwam op vijftien meter van onze groep uit de vegetatie mooi in het open voorbij gewandeld. Ze hield halt en bleef even staan kijken met een priemende blik naar onze groep. Al snel verloor ze haar interesse in ons, stapte ze geruisloos verder weg en verdween ze in de nachtelijke jungle. Het doel van de reis was bereikt voor groep één.

Helaas sloot groep twee de laatste spottocht in dit gebied af zonder de Borneose nevelpanter. Gelukkig konden de deelnemers die geen waarneming deden dit goed kaderen en toch met een enorm succesvol gevoel naar het volgende gebied reizen. Dit is immers een van onze meest uitdagende doelstellingen ooit geweest op een natuurreis en in compleet onvoorspelbare wilde natuur. Misschien was het wel deze positieve ingesteldheid die heeft gezorgd voor een onverwachte apotheose.

Tijdens de rit uit het park, op weg naar de volgende bestemming, reed groep twee voorop. Plots hielden ze halt bij een groep heftig alarmerende North Borneo gibbons. We observeerden vol bewondering een indrukwekkend auditief en visueel schouwspel. Terug in de auto gestapt gebeurde het onwaarschijnlijke. Vlak voor de eerste auto stak een uit de kluiten gewassen mannetje Bornean clouded leopard de baan over en kon hij door iedereen kort maar krachtig worden waargenomen op klaarlichte dag. Tijdens een snelle achtervolging te voet kon nog een gelukkige deze mysterieuze kattensoort op een drafje in de jungle zien verdwijnen. Simpelweg W-O-W. Woorden schieten tekort om dit gevoel te omschrijven en met extreem gelukkige gezichten werd vol ongeloof definitief afscheid genomen van deze wel erg bijzondere plaats.

Een buffy fish owl kijkt ons verontwaardigd aan.
© Billy Herman

Op naar een volgende locatie

Onze volgende locatie was de gekende Kinabatang rivier. Dit is de plek bij uitstek voor de proboscis monkey, de zogenaamde neusapen. Tijdens de eerste boottocht werden al snel enkele families gevonden samen met de silvered langur en de pig-tailed en long-tailed macaque. De spottochten ’s nachts zorgden voor barred eagle-owls, een large frogmouth, buffy fish owls en als uitschieter de oriental bay owl naast talrijke mastodonten van salt-water crocodiles. De meest spectaculaire verrassing van dit deel van de reis was ongetwijfeld de banded civet. Een topsoort en verdiende beloning voor de doorzetters van de anders vrij magere spottochten in dit gebied. De ochtendexcursies waren vooral op vogels gericht en produceerden de storm’s stork, de Bornean bristlehead, black-and-red broadbills, de grey-headed fish-eagle, de lesser adjudant en veel soorten ijsvogels die zich uitzonderlijk goed lieten bekijken. Onder andere de gigantische stork-billed kingfisher en de minuscule oriental dwarf kingfisher als grootste en kleinste waargenomen vogels. Tijdens de tweede namiddag reden we naar Gomatong Caves om er op zoek te gaan naar de verschillende soorten swiftlets en om het natuurfenomeen van miljoenen uitvliegende vleermuizen te observeren. Meer dan een half uur lang stroomde een wolk van wrinkle-lipped bats uit het bos over onze hoofden heen. Bat hawksperegrine falcons en hawk-eagles joegen al dan niet met succes op de vleermuizen. Indrukwekkende natuurbeleving ten top.

De voorlaatste stop van de reis was Danum Valley. Van zoogdieren was dit gebied een samenvatting van hetgeen we eerder al hadden kunnen observeren zoals de leopard cat, Malayan civet, bearded pig, prevost’s squirrel, diadem roundleaf bat en een niet te overtreffen western tarsier. Van vogels zijn het meest vermeldenswaard de Bornean wren-babbler, striped wren-babbler, red-naped- en scarlet-rumped trogon, crested jay, short-toed coucal, Bornean bristlehead, banded broadbill, rufous piculet, enkele vluchtige great argus, crested firebacks, etc. Een nachtelijke wandeling leverde ons daarnaast prachtige waarnemingen van negen soorten kikkers, waarvan de meest spectaculaire de file-eared tree-frog en de wragler’s pit-viper, en een imposante tarantula op.

Een spectaculair gekleurde tarantula. © Billy Herman

Van de tropische warmte, naar de verfrissende bergen

Als laatste bestemming stond Mount Kinabalu op het programma. Twee weken vochtig en heet laaglandregenwoud werden ingewisseld voor een aangename temperatuur en uitgebreid gamma aan nieuwe fauna en flora. De laatste energie werd bijeengeraapt om tot de verbeelding sprekende vogels als de endemische whiteheads trogon en de spiderhunter in het vizier te krijgen. Beide soorten worden door velen beschouwd als de mooiste vertegenwoordigers van hun familie in de wereld. Een stevig doel om de reis mee af te sluiten. We verbleven in een mooi gelegen lodge net buiten het nationaal park. Dagelijks werden we bij zonsopgang afgezet aan goed onderhouden trail in het park en werd een mooi gamma van vogels aan de waarnemingen toegevoegd. De whiteheads broadbill, chestnut-headed- en red-breasted partridge, miniscule Bornean stubtail en pygmy ibon, eye-browed jungle-flycather, everett’s thrush, fruithunters, etc. Het hoogtepunt kwam pas op de laatste dag. Na verschillende dagen zoeken hadden we immers nog geen trogon en spiderhunter in beeld gekregen, maar kregen we wel steeds een beter beeld van de verschillende habitats die in het park aanwezig waren. Gericht gingen we de laatste ochtend op zoek in de beste biotopen voor onze laatste doelsoorten en de vele uren zoeken werden beloond met een prachtig mannetje whiteheads trogon en maar liefst vier whiteheads spiderhunters op drie verschillende locaties. De sfeer in de groep was euforisch en met een brede glimach op het gezicht konden we tevreden afsluiten. Volledig opgeladen na deze overdosis tropische natuurpracht keerden we na twee weken terug naar huis. Wat wordt de volgende onmogelijke doelstelling? Okapi?!

Tot slot, om af te sluiten, eveneens nog een vleugje wereldnieuws. Tijdens deze reis kwamen we oog in oog te staan met een hybride pitta. Het zou gaan om een blue-headedXBornean banded pitta. Een unieke combinatie die naar onze kennis nog nergens ter wereld is vastgesteld of waargenomen. Dit nieuws krijgt ongetwijfeld nog een staartje.

To be continued.

De eerste waarneming en foto van een hybride tussen een Bornean banded- en een blue-headed pitta was uniek. © Geert Beckers