Masked booby, ongetwijfeld de ster van onze vorige pelagic vanuit Mirbat. © Benny Cottele
Sfeerbeeld van de ondergaande zon. © Benny Cottele
Reuzenzwartkopmeeuwen overwinteren aan de kust, één van de meest imposante meeuwen op de planeet. © Benny Cottele
Van een scheve smoel gesproken... © Benny Cottele
Vogelaars scannen de moddervlakten tijdens de ondergaande zon. © Benny Cottele
Zwartkruinvinkleeuweriken, dat is een hele mond vol! © Benny Cottele
Wanneer de toeristen en de locals verbroederen! © Benny Cottele
Een juveniele keizerarend scheert over. © Benny Cottele
Westelijke rifreigers zijn algemeen. © Benny Cottele
Red-vented bulbuls mogen dan geïntroduceerd zijn, het blijven prachtige vogels! © Benny Cottele
Tevreden na het zien van grote kanoeten! © Benny Cottele
Indische scharrelaar op een acacia. © Benny Cottele
Sfeerbeeld van de ondergaande zon. © Benny Cottele
Close-up van een African paradise flycatcher. © Benny Cottele
Een dobbelsteenslang heeft een tilapia beet! © Benny Cottele
Een kleine groene bijeneter kijkt uit over z'n territorium. © Benny Cottele
Deze kameleon wilde ongezien het gazon oversteken, maar slaagde daar niet helemaal in. © Benny Cottele
Portret van een kleine groene bijeneter. © Benny Cottele
Een spotted thick-knee, nauw verwant aan onze griel! © Benny Cottele
Een grey-headed kingfisher nabij de waterhole. © Benny Cottele
Vrouwtjes purple sunbird vallen amper op wanneer ze het bladerdek afspeuren. © Benny Cottele
Masked booby, ongetwijfeld de ster van onze vorige pelagic vanuit Mirbat. © Benny Cottele
Een juveniele keizerarend doorklieft het luchtruim. © Benny Cottele
Muscat bij nachte! © Benny Cottele
Portret van een Perzische kleine pijlstormvogel. © Benny Cottele
Een volwassen masked booby passeert onze boot tijdens de pelagische tocht uit Mirbat. © Benny Cottele
Common myna, een geïntroduceerde soort uit India, doet het goed in deze contreien. © Benny Cottele
Kleine monarchvlinders poseren op een vlinderbloemige. © Benny Cottele
Een mannetje zevenstrepengors komt drinken nabij de waterhole. © Benny Cottele
Een juveniele bastaardarend, wat een brede vleugels! © Benny Cottele
Sommige mannetjes African paradise flycatcher zijn adembenemend gekleurd. © Benny Cottele
Diederikkoekoeken komen niet enkel in Afrika voor, hun leefgebied reikt tot aan de noordoostkust van Oman!© Benny Cottele
Vissers op de Perzische Golf. © Benny Cottele
Een impressionante Arabian eagle owl staart ons aan vanuit z'n roestplaats. © Benny Cottele
Een jong zeeschildpadje probeert het water te bereiken. © Benny Cottele
Woestijnplevieren maken het leven van strandkrabben onveilig. © Benny Cottele
Een bruce's green pigeon poseert voor de lens. © Benny Cottele
Kleine groene bijeneter op een acacia tak. © Benny Cottele
Ashy drongo's slaan vaak alarm wanneer er gevaar dreigt. © Benny Cottele
Zijdestaart staat uiteraard hoog op het verlanglijstje. © Benny Cottele
Een mannetje kleine vliegenvanger, te herkennen aan de uitgebreide keelvlek. © Benny Cottele
Zandduinen. © Benny Cottele
Woestijngrasmussen broeden op de steppes van Kazachstan maar overwinteren in deze regio. © Benny Cottele
De moddervlakten van Bar Al Hikman zijn gekend om de grote aantallen steltlopers. © Benny Cottele
De krabplevier, uniek in z'n soort! © Benny Cottele
Een juveniele steppearend rust uit. © Danny Roobaert
Een kleine monarchvlinder, een vertrouwde verschijning in de Arabische landen. © Danny Roobaert
Hemprich's meeuwen hebben het hier naar hun zin. © Danny Roobaert
De wereldpopulatie steppearenden doet het niet bijzonder goed, en veel vogels zoals hier een juveniel, komen nooit tot broeden. © Danny Roobaert
Een onvolwassen steppearend nabij de vuilnisbelt. © Danny Roobaert
Een rouwtapuit poseert voor de foto. © Danny Roobaert
Kleine vliegenvangers overwinteren in de dadelplantages en werken steevast mee voor de foto. © Danny Roobaert
Oman is natuurlijk bekend om de hoge aantallen overwinterende arenden, zoals deze juveniele keizerarend. © Danny Roobaert
Een vrouwtje rouwtapuit, in zit in een acacia. © Danny Roobaert
Wat een ervaring om een adulte havikarend zo laag te zien overvliegen... Wow! © Danny Roobaert
Deze tristrams spreeuw koos een veilige plek uit op de hals van een dromedaris. © Danny Roobaert
Deze juveniele steppekievit was een zeer leuke aanvulling op onze reislijst! © Danny Roobaert
Een African paradise flycatcher doorstaat de middagzon. © Danny Roobaert
Glanshoningzuiger zien we enkel in het zuiden, in de regio rond Salalah, vaak nabij bloeiende bomen. © Danny Roobaert
Kleine groene bijeneters kennen heel wat ondersoorten. Dit is de Arabische. © Danny Roobaert
Een adulte hemprich's meeuw tijdens de avondzon. © Danny Roobaert
Visarenden komen best aan hun trekken in deze gebieden, al verschilt de woestijnbodem wel van hun broedgebieden verder noordelijk. © Benny Cottele
Libellen zoals deze vlinderlibel zijn altijd te vinden rond oases. © Benny Cottele
Een bruce's green pigeon, de enige van de green pigeons die zo noordelijk voorkomt. © Benny Cottele
Vogelen in Oman speelt zich vaak in dit soort wadis af. © Benny Cottele
Deze African paradise flycatcher poseerde mooi voor de foto. © Benny Cottele
Een maskerklauwier toont z'n prachtige motief. © Benny Cottele
De rotskust van Oman. © Benny Cottele
Een juveniele steppearend nabij de vuilnisbelt. © Benny Cottele
Sfeerbeeld van enkele locals. © Benny Cottele
De acaciabomen zorgen voor een iets minder warm microklimaat dat door tal van soorten wordt benut. © Benny Cottele
Perzische kleine pijlstormvogel is een trouwe klant op onze pelagics uit Mirbat. © Benny Cottele
Gestreepte gors bij de drinkpoel. © Benny Cottele
Wanneer we water vinden is het vaak gewoon wachten op de troepjes vogels die komen drinken. © Benny Cottele
Een juveniele bastaardarend nabij het water. © Benny Cottele
Een mannetje glanshoningzuiger poseert voor de foto. © Benny Cottele
De zon gaat onder boven de heuvels van Oman. © Benny Cottele
Een oase omringd door dadelpalmen. © Benny Cottele
Mountain gazelles laten zich mooi bekijken. © Benny Cottele
Een vrouwtje maskerduif geniet van de avondzon. © Benny Cottele
Roodbuikzandhoenen bezoeken 's morgens vroeg de drinkpoel, om dan kilometers ver het binnenland in te vliegen. © Benny Cottele
14 januari 2021

Easy birding vogelreis naar de Arabische specialiteiten van Oman 2016

Dat STARLING-gidsen heel goed overeenkomen is algemeen gekend… Ze komen zelfs zo goed overeen dat ze de avond voor het afreizen al samenkomen om de reis nog eens door te nemen. Zo ook kwam Johan Debuck bij mij logeren. We hadden er alletwee heel veel zin in.

Oman is als het ware een tweede thuis voor ons geworden. En zo vertrokken we samen vanuit Gent-Sint-Pieters met de trein richting Zaventem, samen met twee heel sympathieke deelnemers, Veronic en Briek. Op de luchthaven konden we al snel kennismaken met de andere ‘Omangangers’: Ria, Annita, Danny en Paul. We vertrokken goedgemutst richting Midden-Oosten. Na een lange vlucht (met tussenstop in Doha) kwamen we ’s nachts aan in Salalah die de eerste week onze uitvalsbasis zou worden.

De eerste dag: Salalah en eindigen met een ‘klepper’

Hoewel de nacht kort was en de slaap ‘weinig’, stond iedereen welgemutst op om het lekkere ontbijt (met zicht op de Arabische zee) wel te laten vallen. De eerste soorten werden al genoteerd: treurmania, kuifleeuwerik en tureluur die op het strand liepen. We vertrokken naar de oostkant van de stad, naar het gekend Al Daharizparkje. Op het eerste zicht een vrij somber park, maar schijn bedriegt… het wemelt er van de vogels. We kwamen ogen tekort om de kleurenpracht van onder andere grey-headed kingfisher, green bee-eater en shining sunbird te bewonderen. Nadat we hier onze picknick hadden genuttigd gingen we een klein beetje verder naar de East Khawr (een waterrijk gebied in een verder dor landschap. Heel onverwacht en super was de waarneming van een taïgastrandloper die af en toe overwintert in het Zuiden van Oman. Dit was ook de plaats om pheasant-tailed jacana te bekijken en fotograferen. De dag sloten we af in Jarziz Farm waar we naast roze spreeuw negen van de op wereldschaal zeer bedreigde steppekieviten van heel dichtbij konden zien. De fotografen konden hun hartje ophalen.

Deze juveniele steppekievit was een zeer leuke aanvulling op onze reislijst! © Danny Roobaert

 

De tweede dag : ‘Ayn’-dag

We begonnen de dag in Ayn Razat, een zoetwaterbron aan de voet van het Dofargebergte, met onderhouden (lees waterrijke) bron. Al bij aankomst vloog een havikarend mooi laag voorbij. De tuin is een gekende plaats om de zeer kleurrijke maar toch zo moeilijk te vinden bruce’s green pigeon te zien te krijgen. Het zoekwerk werd beloond en iedereen kon deze mooie duif zien. Intussen was een van de werkmannen naar me toe gekomen en hij wou me iets duidelijk maken… en ja hoor… hij wees ons een boom aan met daarin een Arabian spotted eagle-owl. Mega! En dit terwijl de kleine monarchvlinders rond onze oren vlogen… Kon het nog beter? Hoog tijd om te vertrekken naar Ayn Athum, een ander pareltje in het zuiden van Oman. Deze schreven we bij op de lijst: black-crowned sparrow-lark, cinnamon-breasted bunting, Daurische klauwier en ook nog een aantal libellensoorten waaronder rode zonnewijzer en de mooie pearl charaxes (vlinder). Hoog tijd om onze laatste ‘Ayn’ te bezoeken, Ayn Tobroq. Wat de vogels aanbelangt sprongen vooral de steppearend, de mooi gekleurde African paradise-flycatchers en de Namaqua duif in het oog. Ook terug heel wat libellen met onder andere eastern blacktail (algemene Afrikaanse soort, maar niet in Oman) en epauletoeverlibel. En ik vermoed dat Ria nog lang onze Omani zal herinneren die met zijn ijzeren ton de helling afkwam toen we ons verdekt hadden opgesteld om naar de zandhoenders te kijken.

Een impressionante Arabian eagle owl staart ons aan vanuit z’n roestplaats. © Benny Cottele

De derde dag: ‘van op zee naar de hoogste berg’

Mirbat is een begrip onder de vogelkijkers die naar Oman trekken, want dat betekent… pelagic… op een bootje de Arabische Zee op en hopen dat er wat ‘kersen uit de spreekwoordelijke hemel’ vallen. We werden hartelijk verwelkomd door Hatem (met wie ik al eerder ‘in zee’ was geweest) en niet veel later zaten we al op zee. Honderden grauwe franjepoten dobberden op zee… als inleiding op wat komen zou… en het kwam! Persian shearwater vlak naast de boot, jouanin’s petrel en bridled tern langsscherend en vooral de mooi in wit-zwarte kleuren uitgedoste masked booby (die Annita in ware extase bracht) maakten deze trip een topervaring. Rond de middag trokken we dan naar het hoogste punt in de regio, naar Jabal Hawkab, om er een poging te doen om een andere ‘Arabische’ specialiteit te vinden. Onderweg liet een mooie Barbarijse valk zich bewonderen… Hoe dichter we bij het hoogplateau kwamen, hoe mistiger het werd… en toch slaagden we erin om onze doelsoort te zien te krijgen. Twee imposante verreaux’s eagles met de kenmerkende ‘S’-vormige vleugelachterrand. De dag werd afgesloten in Tawi Atayr (een ‘sinkhole’): de plaats om havikarend van dichtbij te zien.

Wat een ervaring om een adulte havikarend zo laag te zien overvliegen… Wow! © Danny Roobaert

Vierde dag: ‘ we doen al eens graag zot’

… kan je wel zeggen, want wie haalt het nu in zijn hoofd om op vakantie een vuilnisbelt en een waterzuiveringsstation te bezoeken! STARLING natuurlijk, maar niet zonder goede reden. De vuilnisbelt in Salalah is een gekende plek om grote groepen arenden te zien. Met de speciaal voor ons geregelde toestemming konden we ongestoord rondrijden. Honderden steppearenden (juvenielen en adulten) en een tiental keizerarenden gaven de beste roofvogelshow die je maar kunt inbeelden. De geur viel mee, enkel het stof die de voorbijrijdende vrachtwagens achter zich aan sleurden moesten we er voor lief bijnemen. Een stukje voorbij de vuilnisbelt trokken we het waterzuiveringsstation binnen… de plaats voor de abdim’s stork. Terwijl we naar deze vogels aan het kijken waren, zagen we plots een andere grote vogel: jufferkraanvogel, een zeldzaamheid in Oman!

In de namiddag reden we richting Jemen (maar bleven we op veilige afstand van de grens) naar Al Mughsayl. Naast een indrukwekkend landschap gingen ook tristram’s starling en blackstart gewillig op de foto. Tot slot werd de haven van Salalah bezocht met heel wat steltlopers, sooty gull en overvliegende reuzensterns.

Een adulte hemprich’s meeuw tijdens de avondzon. © Danny Roobaert

Vijfde dag: laatste dag Salalah

Na alweer een heerlijk ontbijt trokken we naar Khawr Rawri, een archeologische site zo’n veertig kilometer ten oosten van Salalah. Visarenden vlogen over, flamingo’s waren pootje aan het baden, een blue-cheeked bee-eater bekeek ons met zijn indringende blik, een poelruiter kwam langs flaneren, genoeg om ons enkele uren bezig te houden. Tegen de middag ging het richting Ayn Hamran die ons uiteindelijk een black-crowned tchagra en Arabian warbler opleverde. Een kort bezoekje aan Ayn Sahnawt was goed voor een slangenarend. Toen het duister begon te worden gingen we nog naar een door ons gekende plaats voor spotted thick-knee (de vraag is enkel hoe lang de vogels hier nog zullen kunnen blijven gezien de bouwwoede die in de omgeving heerst…). Paul legde het alvast op video vast.

Een spotted thick-knee, nauw verwant aan onze griel! © Benny Cottele
Vogelaars scannen de moddervlakten tijdens de ondergaande zon. © Benny Cottele

Zesde dag: naar het noorden

De eerste etappe richting ‘noorden’ bracht ons naar Muddayy, een nederzetting inlands richting Jemen. Na de controlepost te zijn gepasseerd kwamen we rond de middag in Muddayy aan. De reden dat we naar hier kwamen was om nog zo’n Arabische specialiteit te zien. Geen garantie, maar wel een goede kans op…? Eerst nog wat andere soorten noteren: Nile valley sunbird, white-spectacled bulbul en zelfs blauwborst. Maar het was ons te doen om de hypocolius die we uiteindelijk ook mooi konden zien. Zelfs een aantal ‘locals’ kwamen ons vergezellen en waren ook blij dat we foto’s namen… van hen! Bij het terugrijden wilden we onze 4×4 jeeps wel eens testen en reden een drooggevallen wadi in. Het zou een schot in de roos worden. Plots zagen we voor de wagen, open en bloot Lichtenstein’s sandgrouse! De rit naar ons verblijf in Thumrait kon niet meer stuk.

Zijdestaart staat uiteraard hoog op het verlanglijstje. © Benny Cottele

Zevende dag: tijd om te ‘farmen’

Vandaag gingen we van de ene boerderij naar de andere. Het is onwezenlijk om in een woestenij van stof en steen plots grasvelden te zien opduiken die vol met leven zitten. In Al Baleed Farm zagen we onze eerste southern grey shrike. Ook renvogel, en heel wat kwikstaarten lieten zich zien. De eindbestemming was Qatbit, waar we in het plaatselijk motel onze intrek namen voor twee dagen. De tuin rond dit motel is een ware oase in de woestenij, met zwartkop, zanglijster en woestijntapuit als eerste waarnemingen.

Achtste dag : Qatbit-Muntasar-Qatbit

De vroege ochtend in de tuin van het hotel was super: een aantal zwartkeellijsters gaven het beste van zichzelf, humes bladkoning liet zich mooi zien en horen, zelfs een koekoek riep ons toe. Ietwat onverwacht zat ook hier een hypocolius (zijdestaart) met zijn kopje die toch enigszins aan een pestvogel doet denken. Johan wist ook nog een limoenvlinder te vangen, en na determinatie werd de vlinder gezond en wel weer losgelaten. In de late namiddag ging het dan richting Muntasar, een woestijnoase zo’n 30 km ten westen van Qatbit. Een Asian desert warbler liet zich goed bekijken, een bonte tapuit zorgde voor wat determinatiewerk maar de verrassing was toch wel een overtrekkende kleine jager. Wat deed deze hier zo ver van de kust? De namiddag spendeerden we in de tuin van het motel met nog een kleine vliegenvanger en toen het donker werd genoten we van een prachtig schouwspel. De Melkweg zien in een pikdonkere nacht… heel bijzonder.

Woestijngrasmussen broeden op de steppes van Kazachstan maar overwinteren in deze regio. © Benny Cottele

Negende dag: roadtrip door de woestijn

Vandaag een grote verplaatsing (600 km), maar ook tijd genoeg om nog wat vogels te bekijken. De dag begon schitterend. Wellicht lezen jullie met enige verbazing als ik zeg dat de soort van de dag een roodborstje was, in de tuin van ons motel. Maar dit was nog maar de zesde keer dat er een roodborstje werd gezien in Oman.

Met af en toe een stop kwamen we aan in Ad Duqm waar we naar de nieuwe superhaven in aanbouw gingen omdat dit ons een goede kans zou geven om saunders’s tern te zien (wat ook het geval was). De laatste kilometers naar ons verblijf in Hiji werden in het donker afgelegd. We waren aangekomen op wat ook één van de hoogtepunten van de reis zou moeten worden, het uitgestrekt waddengebied van Barr-al-Hikman

Tiende dag: ‘ik heb een vogelken getrokken’

De dag begon vroeg met een bezoek aan het wadgebied rond Filim. Een Indian roller was al een goede start van de dag, maar we kwamen voor een andere specialiteit. Eerst dienden we het wad af te speuren naar rosse grutto’s, want de soort die we wilden zien trekt graag op met deze soort. Toen we die grutto’s zagen, trokken we met een aantal deelnemers onze schoenen uit en gingen voorzichtig het wad op. De telescoop werd op de groep grutto’s gezet en weldra konden we tegen onze deelnemers zeggen: kijk eens door de tele. Een mooie groep van grote kanoeten deed heel wat ‘ooo’s ‘ en ‘ waaaaw’ -geluiden opstijgen. Leuke bijvangsten waren terekruiter en breedbekstrandloper. Intussen had Danny, die verkoos om op het strand te blijven, ook niet stilgezeten. Toen we terugkwamen zei hij tegen ons ‘ik heb hier een vogelken getrokken’… toen we de foto bekeken zagen we dat hij zowaar een bergkalanderleeuwerik op beeld had gezet. Na het middageten reden we richting het veer naar Masirah (eiland voor de oostkust van Oman) om hier het waddengebied van Barr-al-Hikman af te speuren naar nog een enigmatische soort, die we ook nog vrij snel konden vinden tussen de duizenden steltlopers, krabplevier.

De krabplevier, uniek in z’n soort! © Benny Cottele
Tevreden na het zien van grote kanoeten! © Benny Cottele

Elfde dag: op de laatste dag van november mag het iets meer zijn…

Onze tocht naar het noorden werd verdergezet. We volgden de kustlijn en kwamen aan bij het haventje van Al Ashkharah. Hier kan je van dichtbij heel wat meeuwen, sternsoorten en reigerachtigen bekijken zoals sooty gull, dunbekmeeuw en de twee kleurvarianten van western reef heron. De plaatselijke bevolking bood ons koffie en thee aan, gastvrijheid ten top. Daarna reden we verder, en zagen we grote groepen pallas’s gull en lesser crested tern. Ook af en toe een woestijnplevier en Mongoolse plevier waarbij we mooi het verschil konden uitleggen. Uiteindelijk bereikten we onze eindbestemming van de dag, Ras-al-Had. We genoten er van een indrukwekkende zonsondergang terwijl een continue stroom van pallas’s gull en reuzensterns voorbij kwamen vliegen.

Reuzenzwartkopmeeuwen overwinteren aan de kust, één van de meest imposante meeuwen op de planeet. © Benny Cottele

Twaalfde dag: de hoofdstad Muscat roept

Vandaag de laatste grote rit, van Ras-al-Had naar de hoofdstad Muscat. De eerste stop was het waterzuiveringsgebied van Sur. De geur neem je er bij, maar het loont de moeite: citroenkwikstaart, witwangstern, zwarte ibis, steltkluut, graceful prinia,… Tijdens het voorbereiden van de reis via Google Earth hadden Johan en ikzelf een mogelijke interessante plaats gevonden in Qurayyat. Het bleek inderdaad best de moeite waard! Het parkje leverde bonte strandloper, Indian roller, grey francolin, red-wattled lapwing en Aziatische goudplevier op. Daarna reden we Muscat binnen. Het was even wennen aan de drukte van de hoofdstad na een kleine twee weken in de onmetelijke zandbak van het zuiden van Oman.

Muscat bij nachte! © Benny Cottele
Sommige mannetjes African paradise flycatcher zijn adembenemend gekleurd. © Benny Cottele

Dertiende dag: aan alle mooie liedjes komt een einde, maar we maken er een schitterend einde van!

Al heel vroeg waren we uit de veren want er stond een bezoek aan Al Ansab op het programma. Door de bouwwoede van de Omani was het even zoeken om de juiste weg te vinden, maar om zes uur stonden we aan de ingang en een half uurtje later mochten we binnen. Onder de vele soorten die we zagen vermelden we red-tailed wheatear, purple sunbird, bastaardarend, streaked weaver, red avadavat, clamorous reed warbler, groot christusdoornblauwtje en groot acaciablauwtje. Onze allerlaatste stop was het ‘zeepark’ van Al Ghubra. Eerst werd er nog gepicknickt in het park, waarna we de laatste excursie begonnen. De laatste twee soorten die we op onze lijst noteerden waren red-vented bulbul en white-eared bulbul. Er restte ons enkel nog een heerlijk avondmaal en daarna was het richting België.

Alle beelden op onze website zijn eigen werk en gemaakt door onze deelnemers en gidsen. Wat je ziet geeft dus een realistisch beeld van wat jij zelf kan zien, beleven en fotograferen op onze reizen.