Dwarf cassowary in West-Papoea: once in a lifetime!
Een reis naar West-Papoea is steeds een aaneenschakeling van hoogtepunten. Dit zowel op gebied van fauna, landschappen als beleving. Maar tijdens onze trip van afgelopen zomer hadden we een echte once-in-a-lifetime ervaring: we spotten de dwarf cassowary.
De mythische Arfak mountains
In het Arfakgebergte was onze leidraad in de zoektocht naar enkele endemische paradijsvogels. Henk, een van de deelnemers, omschreef zijn wenslijst na een eerder bezoek aan deze regio als de big five met droomsoorten als de Arfak astrapia, de masked bowerbird, de black-billed sicklebill, de long-tailed paradigala en de feline owlet-nightjar. Voor de Arfak astrapia,  de black-billed sicklebill en de long-tailed paradigala moesten we een trekking van drie dagen maken tot in de bovenste regionen van het gebergte.
De eerste dag bestond uit een lange trekking waarbij we tegen de middag aankwamen op onze kampplaats. Die namiddag zouden we vanuit hides de bizarre en endemische Vogelkop bowerbird bewonderen. Na het bezoek aan de hides kwam echter dé waarneming van de dag. Onze lokale helpers wisten een feline owlet-nightjar te lokaliseren. Deze nachtactieve vogel is de grootste en mooiste van de owlet nightjars, een familie van vogels die enkel in dit deel van de wereld voorkomen en zowel gelijkenissen hebben met uilen als met nachtzwaluwen. Een geslaagde eerste dag in de hogere regionen van het Arfakgebergte.
De dansende paradijsvogels
De volgende ochtend werd gestart lang voor zonsopgang. Met koplampjes gingen we richting een hide voor een baltsplek van de black sicklebill, de grootste van alle paradijsvogels en een extreem schuwe vogel. Om kans te maken om de vogel goed te zien, laat staan te zien baltsen was het nodig om tijdig plaats te nemen in de hide. We werden beloond met volledige balts en paring van deze prachtige soort. Onze medegids, die al meer dan twintig keer deze trekking had gedaan, noemde de waarneming uniek, nooit eerder gezien en van BBC-kwaliteit (met die uitzondering dat zelfs de prachtige en inspirerende beelden van BBC met David Attenborough dit nooit hebben getoond). Een beter begin van de dag konden we ons niet inbeelden.
Vol goede moed gingen we op zoek naar onze volgende doelsoort: de Arfak astrapia. Deze paradijsvogel die endemisch is voor dit deel van Papoea is enkele jaren onvindbaar geweest en we waren dan ook blij om te horen dat er de afgelopen weken opnieuw waarnemingen waren van de soort. We gingen naar de soort op zoek op de plek waar we de soort vier jaar eerder hadden gezien. Na een hele tijd vruchteloos zoeken (het werd dan ook al later op de dag en de soort roept voornamelijk ’s morgens) zagen we plots een grote zwarte vogel met lange staart langsvliegen. We hadden een idee waar de vogel ergens was geland, maar konden de vogel niet lokaliseren.
De meesten volgden Zeth, onze lokale gids, verder op de trail. Enkel Roy en Henk hielden halt en speurden mee de grote bomen op de helling af. Plotseling kwamen twee mannetjes Arfak astrapia, jagend achter elkaar, recht op ons afgevlogen. De mannetjes hadden enkel oog voor mekaar en landden op enkele meters pal boven ons. Het leverde een schitterende waarneming op, maar na een tiental seconden vlogen de vogels helaas verder. De andere vogelaars waren net te laat om de vogels te kunnen oppikken. Zeth besloot onmiddellijk achter de vogels aan te gaan samen met Luc, Frans en Peter. Roy, Henk en ondergetekende besloten om achter te blijven en zo niet meer dan nodig lawaai te maken bij de zoektocht.
Een onverwachte gast
Rustig napratend over de schitterende waarneming die we net hadden gehad, hoorden we opeens een ashy robin zingen. Geen speciale, maar wel een zeer mooie soort. Met drie zochten we alert in de richting van het geluid tot Henk plotseling zei “Ik denk een dikke brush-turkey te zien lopen, blijf rustig, hij komt onze richting uit.” Vol spanning begonnen we te speuren tot we ineens een grote dikke zwarte vogel met typische veren doorheen de bladeren zagen bewegen. Het was muisstil en we stonden oog in oog met een dwarf cassowary met twee jongen.
Doordat we, volledig in extase, erin slaagden om rustig te blijven hadden de vogels geen erg in onze aanwezigheid en konden we minutenlang genieten van deze zelden geziene soort. Ieder veertje en lelletje van de vogel kon uitvoerig bestudeerd worden. Het once-in-a-lifetime geluk maakte gedeeltelijk plaats voor een heel onbehaaglijk gevoel. De meerderheid van de groep was ergens anders nog op zoek naar de astrapia. We beseften dat het nagenoeg onmogelijk werd om de dwarf cassowaries aan iedereen te tonen. De soort is niet alleen extreem zeldzaam (ze is bij ons weten nooit eerder op een (georganiseerde) vogelreis waargenomen in West-Papoea), maar ze wordt tevens sterk bejaagd. Cassowaries zijn hierdoor extreem schuw en in staat om mensen niet enkel van op grote afstand te horen maar tevens te ruiken.
De seconden tikten traag voorbij tot we op gegeven moment de rest van de groep babbelend hoorden naderen. Het mannetje dwarf cassowary stak alert zijn kop omhoog, maar als een duizendste geluk kregen de anderen ons net op tijd in beeld. Aan onze gebaren te zien, was het meteen duidelijk dat we stonden te kijken op iets bijzonder. Het werd onmiddellijk muisstil en heel voorzichtig sloten Luc, Frans en Peter aan. De vogels roken onraad, maar lieten zich ook aan de rest van de groep schitterend zien alvorens rustig in het woud te verdwijnen.
Navraag bij verschillende mensen doen ons vermoeden dat de foto’s van onze waarneming een van de eerste foto’s ooit zijn van de soort in het wild.
De cassowary, een prehistorische bosvogel
Cassowaries komen enkel in Australasia voor. Het zijn loopvogels die nauw verwant zijn met de emu, die enkel voorkomt in Australië. Cassowaries behoren tot de grootste vogels ter wereld en de zuidelijke cassowary kan 1m70 groot worden en tot 60 kg wegen. Cassowaries zijn de enige groep van grote vliegloze vogels die zich hebben aangepast aan een leefwijze in het regenwoud. De karakteristieke helm zou gebruikt worden om zich een weg te forceren doorheen dense vegetatie en het harde en harige verenkleed beschermt de vogels tegen doornen en is een aanpassing aan het vochtige klimaat.
De vogels zijn uitgerust met zeer sterke poten en scherpe klauwen waarbij de binnenste teen is uitgerust met een dolkvormige, tot 10 cm lange klauw die kan fungeren als een gevaarlijk wapen waarmee ze jagers en/of honden dodelijk kunnen verwonden. Ze zijn in staat om tot 50 km/uur te lopen en tot 1,5 m hoog te springen. Het waarnemen van een wilde cassowary is extreem moeilijk en hierdoor is er nauwelijks iets over hun gedrag geweten. Vaak zijn de dinosaurus-achtige voetafdrukken en uitwerpselen de enige aanwijzing van de aanwezigheid van de soort. Ze leven hoofdzakelijk van vruchten en zijn hierdoor gebonden aan uitgestrekte wouden met een grote verscheidenheid aan planten zodat er jaarrond vruchten en bijgevolg voldoende voedsel aanwezig is.
Cassowaries hebben een lange geschiedenis met de stammen van Nieuw-Guinea. Ze worden voornamelijk bejaagd voor hun vlees. Een volwassen vogel kan door zijn gewicht tal van hongerige magen vullen. Maar ook andere delen van de cassowary worden praktisch of als versiering gebruikt. Cassowaries worden bejaagd met honden, waarbij getracht wordt om de jongen van het mannetje te isoleren. De kuikens worden dan meegenomen en gevoed tot ze volwassen zijn om dan geslacht of verhandeld te worden aan dierenhandelaars. Handel in cassowaries met zuidoost Azië is bekend vanaf de 16de eeuw en is heel lucratief voor de lokale stammen, waar een cassowary al snel kon geruild worden tegen acht varkens en zelfs tegen een vrouw. Naast het economische belang hebben deze tot de verbeelding sprekende vogels uiteraard ook hun plaats gekregen in tal van rituelen en legendes.
Ondanks de druk op cassowarypopulaties vanwege de jacht op volwassen beesten en de vangst van en handel in jonge exemplaren, is ontbossing de grootste bedreiging voor de toekomst van alle cassowaries. Doordat er nauwelijks waarnemingen zijn van wilde cassowaries is de taxonomie niet goed gekend. De dwarf cassowary die wij hebben waargenomen en gefotografeerd kenmerkt zich onder andere door een witte wang en deze vorm wordt door sommigen als een aparte soort beschouwd die enkel op het Vogelkop schiereiland voorkomt: (westermann’s) dwarf cassowary. De foto’s laten echter ook een andere kleuring zien van de naakte delen dan weergegeven in vogelboeken. Hopelijk kan onze waarneming bijdragen tot een betere beschrijving van de soort.