










Natuurreis naar Spanje: met de trein naar Extremadura
Uitgestrekte steppes met verspreid in het landschap steen- en kurkeikjes met hun grillige stammen, badend in een bloemenzee onder een heerlijk deugddoend zonnetje. Overal om je heen de riedeltjes van leeuweriken, de rinkelende zang van grauwe gors, het getsjilp van Spaanse mussen en het hartverwarmende roepje van bijeneters. In de verte weergalmt het geluid van schapenbellen, begeleid door het monotone getsjirp van eindeloos veel sprinkhanen. Het lijkt wel alsof de tijd stil staat, daar in Extremadura. De streek is doordrenkt van een traagheid die we bij ons niet meer kennen. Kortom, de ideale bestemming voor slow travelling!
In de vroege uurtjes ontmoette ik twee enthousiaste STARLING’ers in het Zuidstation van Brussel, die me zouden vergezellen op de reis naar Extremadura… Met de trein! Voor we het wisten zaten we, na een fijne kennismaking, helemaal op ons gemak op de TGV richting Spanje. Lekker veel ruimte, de mogelijkheid om bij tijd en stond even de benen te strekken en onder het genot van een deugddoend koffietje weg te duiken in een goed boek. Ronduit genieten! Onderweg zagen we geleidelijk aan het landschap veranderen, van glooiende graanakkers met houtwallen en uitgestrekte koolzaadvelden, tot de eerste stadjes met frisse hagelwitte gebouwen en weelderige palmbomen langs de straatkant. We scheerden langs de kust van Zuid-Frankrijk tussen de lagunes met kluten, flamingo’s en kleine zilverreigers door. De Pyreneeën waren we in een mum van tijd gepasseerd en zo arriveerden we in het land van zon, zee, tapas en verrukkelijke wijnen! Na een dagje treinen met twee overstappen kwamen we ’s avonds toe in Madrid, waar we ons vlak bij het station konden terugtrekken in een hotelletje om de dag nadien fris onze reis verder te zetten.

De ochtend nadien pikten we nog even Iberische groene specht mee in het dichtstbijzijnde stadspark, en dan was het tijd om met het openbaar vervoer richting de luchthaven te trekken om daar de rest van de groep en mede-gids Guido Rappé te treffen. Met twee minibusjes trotseerden we het Spaanse binnenland en na een aantal uurtjes op de baan kwamen we dan eindelijk aan in het mooiste stadje van Extremadura, Trujillo. Op het binnenplein van ons hotel werden we onthaald door overvliegende kleine torenvalken met hun typische schelle gekrijs, een luidkeels kwetterende zwarte spreeuw en puttertjes die gezellig kwamen scharrelen tussen het gras. Het was meteen duidelijk, hier kan je écht tot rust komen. Met dit idyllische plekje als uitvalsbasis, bovendien met heerlijke maaltijden en kamers met prachtige Victoriaanse inrichting, hebben we ons een volle week maximaal ondergedompeld in alles wat Extremadura op natuurvlak te bieden heeft.

En wat Extremadura te bieden heeft is op z’n zachtst gezegd indrukwekkend. De streek barst van het leven en elke dag opnieuw waren we verwonderd door de soortenrijkdom die je hier aantreft. Zo bezochten we bijvoorbeeld het welbekende nationaal park Monfraguë, waar je halverwege de ochtend overal om je heen gieren uit de bossen ziet verschijnen, slim gebruik makend van de opstijgende hitte van de eerste zonnestralen. Langs beekjes verhuld in een tapijt van waterranonkel met de krassende klanken van een grote karekiet weerklinkend vanuit het riet, en langs prachtige bloemenvelden afgewisseld met de streekeigen dehesa, trokken we richting de befaamde gierenrots. Hier heb je een magnifiek uitzicht op een rotsformatie waar vale gieren en zelfs een paar koppels zwarte ooievaars broeden. Je ziet er ook monniksgier, aasgier en met wat geluk de enigmatische Spaanse keizerarend rondtoeren op zoek naar lekkers. In de schaduw van al dat groots vind je er blauwe rotslijsters parmantig postvattend op een uitkijkpost boven op een klif, hoor je er de subtiele zang van grijze gors en scheren alpengierzwaluwen pijlsnel tussen de rotsen door.

Het landschap in Extremadura wordt getekend door de eindeloze steppes waar je een breed scala aan typische steppevogels vindt. Zo wordt het geluidslandschap gevormd door een oorverdovend concert van minstens 3 soorten leeuweriken, troepen honderden Spaanse mussen samen in de restanten van eucalyptusplantages, cirkelt een ketel gieren hoog in de blauwe lucht rond, scheren witbuik- en zwartbuikzandhoenen aangekondigd door hun geinige roepjes langs, en paraderen zowel grote als kleine trappen door het hoge gras in de hoop een vrouwtje of twee voor zich te winnen. Met wat geluk zweeft er ook nog een grijze wouw langs of komt een Spaanse keizerarend eens kijken of er wat te rapen valt in het weidse landschap. In de meer beboste stukken, met braamstruwelen, bremstruiken, eikjes en rotspartijtjes, vind je dan weer een heel ander soortenpalet. Hier zit er om de paar honderd meter wel een roodkopklauwier of Iberische klapekster boven op een struikje, zwerven groepjes blauwe eksters geheimzinnig rond, vertonen thekla’s leeuweriken fier hun zangvlucht en weerklinkt overal het geprevel van kleine zwartkoppen. Met wat geluk vind je er zelfs een kuifkoekoek!

Tussendoor bezochten we nog verschillende stuwmeren en moerasgebiedjes waar we konden rekenen op heel wat soorten die bij ons vaak een stuk moeilijker te vinden zijn. Zo zagen we nagenoeg alle soorten reigers van Europa waaronder ralreiger, kwak en woudaap, hoorden we overal de kwieke roep van lachsterns, werden we verblijd met steltkluten die gracieus langsheen de waterkant liepen en vonden we zelfs ‘speciallekes’ zoals purperkoet en witoogeend. Reken daar nog bonussen bij zoals zwarte tapuit op de burcht van Alange, een dwergooruil rustend in een boompje op het plein juist voor het hotel en een nachtexcursie naar het kasteel van Trujillo waar we zowel Moorse nachtzwaluw als oehoe zagen, en dan kan je je wel voorstellen dat dit een trip was om niet snel te vergeten! Na 9 daagjes was het alweer tijd om huiswaarts te keren, wat we opnieuw met de trein deden. ’s Avonds vertrokken we vanuit Madrid om net onder de Pyrenneeën te overnachten in Figueras, het geboortestadje van Salvador Dalí. De dag nadien zetten we de reis verder en kwamen we ’s avonds op een schappelijk uur alweer aan in Brussel, met een hoop ervaringen op zak en prachtige waarnemingen op ons netvlies gebrand. Het is overduidelijk, Extremadura stelt nooit teleur!